TWEELING UIT DRIEBERGEN

Oud-profvoetballer/-presentator/-commentator Frank Kramer zaliger gedachtenis was een schelm. Bekend voorbeeld: van zijn laatste wedstrijd als commentator bij een voetbalwedstrijd – Portland en Atlanta United om het kampioenschap van de USA – deed hij geen verslag. Hij vertelde anekdotes en droeg een gedicht van Willem Wilmink voor. Zelfs bij een doelpunt bleef hij gewoon doorpraten over iets anders.

Dat soort voorvallen deed mij denken aan een wedstrijd in de eind jaren zeventig toen Kramer met Volendam in het Diekman-stadion aantrad tegen FC Twente. Ergens tijdens de wedstrijd riep speaker Frederik Klomp tijdens een blessurebehandeling een bericht om. Een zekere Willem Vierhout moest meteen naar zijn huis in Driebergen gaan, omdat zijn vrouw op het punt stond te bevallen van een tweeling. En terwijl Klomp dat bericht voorlas, zakte Kramer op het veld door zijn knieën, omdat hij een enorme lachbui kreeg. Enkele seconden later stond hij weer op.

Na afloop in de catacomben vroeg ik hem toen ik hem toevallig tegen het lijf liep, waarom hij zo moest lachen om het bericht van de speaker. Hij vertelde: ‘Ik heb een vriend in Amsterdam die tijdens elke uitwedstrijd van Volendam naar het stadion belt, waar ik op dat moment voetbal, met een bericht dat meteen omgeroepen moet worden. Daarmee brengt hij mij een soort van groet. Ik herken altijd meteen zijn berichten. Deze keer Vierhout, Driebergen, tweeling. Dat was tot nu toe een van de leukste en daarom had ik zo’n plezier’, zei Kramer en schoot opnieuw in de lach. Nagenietend liep hij het stadion uit, op weg naar de spelersbus van Volendam…
Frank zal een prettige ingezetene zijn van het hiernamaals…

ABE 1920-2020

Maradona eist nu alle aandacht en terecht. Zo’n genie wordt zelden geboren. Hij is de beste van alle voetballers ooit, zegt men. Ik vond Pelé nog beter, maar dat terzijde.
En wat dacht je van Abe. Morgen is het 100 jaar geleden dat hij werd geboren. Abe Minderts Lenstra, oa oud-speler van Heerenveen, Sportclub Enschede en Enschedese Boys. Ook een uniek fenomeen, net als Maradona. Wijlen Arend vd Wel speelde bij Sportclub tientallen wedstrijden met Abe. Hij zei altijd dat de virtuoze Fries ook ten huidigen dage een topspeler geweest zou zijn. Ik geloof hem.
In de week van Abe deze keer enkele herinneringen van Jacquelien Moddejonge, de dochter van oud-Sportclub Enschede-speler Hennie Moddejonge en diens vrouw Gerda. Ze woont in Son en Breughel.
OOM ABE EN TANTE HIL
‘Mijn ouders waren bevriend met de Lenstra’s. Voor mij was het altijd oom Abe en tante Hil. Ze kwamen veel bij ons over de vloer. Ik was toen nog een kind. Ik herinner mij dat oom Abe altijd eerst in het keukenkastje keek of mijn moeder er nog wat drop in had liggen of andere zoetigheid. Hij pakte het zonder te vragen, zo goed thuis voelde hij zich bij ons. Ik weet ook nog dat we samen op vakantie gingen naar Italië. En dat ik bruidsmeisje was bij het huwelijk van Metteke met Rob. Janneke, de andere dochter van oom Abe en tante Hil, was ook close met mijn ouders. Ze kwam bij ons thuis studeren toen ze examen moest doen voor de middelbare school. Daar was het rustig en kon ze zich beter concentreren.’
(Hil is in december 2011 op 87-jarige leeftijd overleden. Abe overleed in 1985)

ABE 1920-2020

De week van Abe. Hij zou vrijdag 100 jaar geworden zijn. Hij werd echter maar 65.

Vandaag een ontboezeming van zijn voormalige ploegmaat Egbert ter Mors. Ze voetbalden samen bij Enschedese Boys in de eerste divisie, de club waar Abe in zijn nadagen (hij was toen bijna 40 jaar) nog twee jaar gevoetbald heeft. De Boys betaalde 42.000 gulden voor de begaafde veteraan.

GROTE EER
De negentien jaar jongere Egbert ter Mors (79) was blij met de komst van Abe. ‘Ik vind het nog altijd een grote eer dat ik met hem heb mogen voetballen. Het loopwerk liet hij aan mij over, maar ik liep graag een paar meter extra voor hem. We hadden een klik, wisten elkaar goed te vinden. Ik herinner me ook nog dat we regelmatig op het Van Heekpark conditietraining deden en dat we dan met een paar spelers bij hem thuis mochten douchen. Hij woonde aan de overkant. We konden heel goed opschieten met Abe en zijn gezin. Ik vond het fijne mensen.’
(Foto: thuiswedstrijd Enschedese Boys. Links Ter Mors, in het midden Abe)

BANK

Hij is terug, onze bank. Misschien is ie 100 jaar oud, we weten het niet. Hij stond achter ons vorige huis, maar na een cosmetische behandeling door de beste timmerman van Beckum (en omstreken) mag hij de voorkant van onze huidige woning sieren. Fier, onverwoestbaar, goed in de verf staat ie daar voor weer eindeloos veel jaren.

Sneeuw, hagel, winter, zomer, stormen, hittegolven en honderdduizenden liters hemelwater heeft hij gepareerd.
Ga erop zitten en je voelt de gesprekken die hij heeft gehoord, vooral uit de tijd dat hij voor mijn ouderhuis Hof Kagelink in Markvelde stond. Je voelt de mensen die hij een aangename rustplek bood. Je ziet de foto’s weer voor je, die zijn gemaakt op deze wonderbaarlijk mooie bank van de mensen die in het huis woonden of op bezoek kwamen, het huis uit 1866 dat de bank met zijn aanwezigheid aanmerkelijk verfraaide. Ik zal er een paar laten zien.

Mijn opa zat er dagelijks op – ijs en weder dienende – met de krant of met de boeken die hij las, drie per week. Soms moest ik ze voor hem uit de bieb meebrengen, die in het dorp altijd zondags na de hoogmis open was. Dat is eigenlijk nog een van de mooiste herinneringen. Ja, van mijn lezende opa is ook een foto. Buitengewoon dierbaar kiekje. (Ik heb hem zelf gemaakt, vermeld ik er met trots nog even bij.)

EENDEN KUNNEN TELLEN

Gisteren kort na de middag. Een beek niet ver van mijn huis. Een moedereend. Ze kwaakte niet, zoals ze normaliter doet. Ze snaterde niet. Ze schreeeeeeeuwde. IJzingwekkend gekrijs was het. Een ramp leek zich te voltrekken, dat begrepen wij als even radeloze toeschouwers op de kant.
Ze zwom met één klein kuikentje in haar nabijheid alsmaar op en neer bij een rooster onder het kruispunt door. Daarachter moesten zich ongetwijfeld meer kuikens bevinden, dat begrepen wij ook. Die waren tussen de spijlen door geglipt.
Ineens was daar de brandweer van Hengelo met een man of tien. Ze bekeken de toestand op de beek, haalden gereedschap uit de auto, daalden af naar het rooster, maakten het met enige moeite los en vingen een voor een de kuikens. Nummer 2, 3, 4, 6, 8…. Was het dat? Waren er nog meer?
Jaaaaa, krijste de moedereend, ga door. Mijn gezin is nog niet volledig. De brandweermannen begrepen de hulpkreet. Ja, nog één: 9. En nog één: 10.
Maar mevrouw was niet tevreden. Nog steeds volop alarm. En jawel. Uit een reddende brandweermannenhand kwam nog een kuiken te voorschijn. Snel zwom het jonge ding naar moeder, die zich meteen omdraaide en opgelucht weg zwom.
Kennelijk kan een eend ook tellen.

DUŠAN TADIĆ HOUDT VAN ZIDANE EN DRAGANA MIRKOVIĆ

Zag je hem schitteren deze avond de vijfde maart in die prachtige wedstrijd van Ajax tegen Real? 1-4. Die uitslag had niemand voorspeld, denk ik.

Dušan Tadić, de Serviër uit Bačka Topola, die scoorde en twee assists gaf, die ongrijpbaar was voor de Spaanse verdedigers en die onbuigzaam, onvermurwbaar was.
Net als de coaches Ten Hag en Schreuder en zijn medespeler Ziyech gaf hij het kijkspel een Twents tintje.
Natuurlijk staat Tadić in het jubileumboek ‘De top 50 van FC Twente’ dat ik schreef in 2015 met als hoofdmoot de beste 50 spelers van de club uit Enschede over de eerste 50 jaar. In de euforie van de avond zei mijn zoon dat Tadić op de derde plaats had moeten staan. Ik zette hem destijds echter op de negentiende plaats, net achter Willem de Vries en net voor Nacer Chadli. Mooie plek, gezien de tientallen prachtige spelers die het shirt van de club gedragen hebben.
Voor een rubriekje in TwenteSport Magazine genaamd ‘10x de favoriete top-3‘ (tja, zo heette dat toen) fungeerde Tadić ook eens als onderwerp.
Een paar antwoorden:
Zijn favoriete topclub? (let op): ‘Real Madrid’, zei hij. ‘Mooie club, een van de grootsten ter wereld met een rijke traditie. Alles wat een goede club moet hebben, vind je daar.’
Na voetbal is basketbal zijn favoriete sport, want: ‘Het is een populaire sport in Servië. Ik hou ervan, speel het graag in de vrije tijd. We deden het ook veel op school.’
Zijn favoriete voetballer? ‘Zidane. Dat is mijn idool, ik zag hem graag voetballen. Zidane is de beste speler aller tijden.’
De beste film ooit is volgens hem Gladiator. ‘Het is een mooi verhaal dat heel goed is opgenomen. Een heel speciale film met prima acteurs.’
En tot slot zijn favoriete popmuziek: ‘Dat is Dragana Mirković, want haar liedjes zijn heel erg mooi.’
‘Luister zelf’, zei hij er nog achteraan.
Doe dat, zeg ik op mijn beurt, want Dušan, de held van het Estadio Santiago Bernabéu, zegt het.
(De foto uit 2015 is van Stefan Schipper)

OPRUIMEN IVM VERHUIZING, pffffffff

Tja mensen, we gaan ons fraaie herenhuis aan de Hengelose Billitonstraat verlaten. De kogels vlogen door de kerk. Het gaat gebeuren. (Voor geïnteresseerden: dubbele woonkamer + serre, 5 slaapkamers, prachtige tuin. Vlakbij centrum Hengelo.)

We gaan naar de andere kant van het spoor naar een loft. Mooi woord, een loft. Wie had daar tien jaar geleden van gehoord, een loft. De spellingchecker kent het woord niet eens….

Ik ken intussen mijn werkkamer niet terug. Omdat er een fotograaf kwam, moest ik de Augiasstal transformeren in een cleane, sobere ruimte met boeken netjes in het gelid, geen persoonlijke snuisterijen, geen pennenbakjes, verdwaalde laptops, stapels tijdschriften op de vloer. Weg met een aantal jaargangen van VI, weg met stapels kranten en tijdschriften die ik nog wilde bewaren, weg met ouwe boeken die je toch niet meer leest, weg met bakjes, tassen, klappers en noem maar op. Soms viel het afscheid me zwaar en kostte het de nodige bedenktijd.
En dat alleen vanwege die foto’s. Binnenkort komt er een nieuw keuzemoment aan als de echte verhuizing zijn beslag gaat krijgen. Alleen bij de gedachte eraan overvalt me een lichte benauwdheid…..
Tips?

300.000

Een magische grens, een mijlpaal misschien? Gisteravond bereikte mijn ouwe, trouwe, zeer geliefde Citroën C5 de 300.000 km. Dat deed hij/zij exact op het moment dat ik de Billitonstraat (waar ik woon) binnenreed na een ritje van plm 45 km.
Hij/zij heeft de meeste kilometers intussen wel gelopen, net als trouwens zijn/haar baas.
Maar toch wil ik langs deze bijzondere weg melding maken van dit markante moment. Zo’n fijne auto, bijkantoor, boekenbestellauto, officieuze slaapplaats, uitleenauto aan zoon.
Samen gleden we over de A1, de A35, de A31, de A50, de N18, noem ze maar op. En altijd waren we één met elkaar. Daarom zeg ik bij deze markante kilometerstand: HULDE!
(Desondanks binnenkort te vinden op marktplaats)

STOEPTEGEL

Gisteren werd in de Grolsch Veste voorafgaand aan de wedstrijd FC Twente-Willem II de zg ‘stoeptegel’ gepresenteerd. Het is een boek van bijna 5 kg met daarin de vijftigjarige geschiedenis van FC Twente en ook nog uitgebreid de historie van Sportclub Enschede en Enschedese Boys, de twee verenigingen waaruit FC Twente is ontstaan in 1965.
Ondanks dat ik met ‘De Top50 van FC Twente’ zelf ook al een jubileumboek had geschreven, heb ik ook een aanzienlijk deel van dit omvangrijke boek mogen schrijven.
Het boek is in de shop van FC Twente te koop voor € 79 en ook in de winkels van boekhandel Broekhuis. Het is een prachtig document geworden met fraaie foto’s van oa wijlen Henk Brusse.
Van harte aanbevolen. Het boek is uitgegeven door Kick Uitgevers in Rotterdam.

ZUSTER ANNETTE

Ze keek alleen de wedstrijden van Oranje en Brasil. Voor de andere WK-duels had zuster Annette geen tijd. Dat zou ten koste gaan van de uren die ze dagelijks nodig heeft voor bidden en lezen. Want ze mag dan wel bijna 102 jaar oud zijn, bidden en lezen is nodig. Dat kan een zuster niet genoeg doen.

Nog even terug naar vorige week dinsdag, de laatste dag van mijn verblijf in Brasil. Ik breng een bezoekje aan zuster Annette. Altijd als ik op Holambra kom, ga ik bij haar langs. Haar energie op hoge leeftijd is inspirerend. Ze is gehuisvest in het plaatselijke verpleeghuis, maar veel zorg heeft ze niet nodig, want ze is nog behoorlijk fit. ‘Ik mag niet klagen’, zegt ze. Ze redt zich goed met de rollator, werkt nog op de computer en kan (met een vergrootglas) nog boeken lezen. ‘Mijn geheugen wordt wat minder’, vertelt ze. ‘Ik kan soms ineens de naam van een bepaalde bloem niet opnoemen.’

Zuster Annette Eijmans is in 1912 geboren in Steenderen. Ze was de jongste van een gezin met zes kinderen. Als jong meisje had ze verkering met een aardige jongen bij haar in de buurt, maar had niet veel tijd nodig om te beseffen, dat verkering met als eindbestemming een huwelijk en kinderen krijgen, niet haar toekomst kon zijn. Ze vertelde me dat het huwelijk een groot avontuur is en voor veel mannen en vrouwen een moeizame onderneming. Ze koos destijds voor het klooster. In 1934 trad ze in bij de Orde van de Kanunnikessen van het Heilig Graf. Na de oorlog vertrok ze naar Brazilië en werd daar onderwijzeres.

Nog steeds leidt ze elke woensdag een gebedsdienst in haar moedertaal voor de bejaarde Nederlandse emigranten en verder laat ze geen moment onbenut om de PT, de Braziliaanse partij van de arbeid, te promoten. President Dilma is van de PT en staat onder vuur. ‘Ik bid elke dag voor haar’, zegt de zuster die tot voor kort nog regelmatig e-mails stuurde naar kennissen om de PT te promoten. ‘Iedereen die er anders over denkt, denkt alleen aan zichzelf’, zegt ze streng.

We hebben deze dinsdag weer een prettig gesprek. Nog kort geleden was een goede kennis van haar gestorven, de uit Keijenborg afkomstige Toon van Aken, maar ze heeft er geen traan om gelaten. De zuster huilt namelijk nooit bij de dood van een dierbare. ‘Want Jezus is daar’, zegt ze vol overtuiging. Bang om te sterven is ze niet. Ze wil echter graag nog een tijd blijven leven. ‘Ik moet nog groeien als mens. Eigenschappen als geduld, hartelijkheid en voorkomendheid kunnen beter.’ Ik hoorde ervan op. De zuster van bijna 102 vindt dat ze als mens nog moet groeien. En ze vindt dat ze teveel van spelletjes houdt. Ook dat gaat ten koste van bidden en lezen. En dat kan natuurlijk niet. Ze vertelt me dat ze ’s morgens de communie had ontvangen en even later alweer met een spelletje bezig was. ‘Ik ontving God en zit een spelletje te doen in plaats van hem van binnen met alle egards te ontvangen.’ Als je hoog bezoek krijgt, zorg je dat je huis schoon is.’

Awel, ik had mijn lesje weer geleerd, nam afscheid en beloofde de volgende keer ook weer even langs te komen. Dan zal ze 105 zijn of zo. Eens kijken of haar geduld, hartelijkheid en voorkomendheid dan verbeterd zijn.

PS. Wat is eigenlijk voorkomendheid? Ik wist het niet en zocht het op. Het stond in een oud woordenboek en betekent vriendelijkheid. Dan weet je dat.