De dag dat de laatste Tukker het licht uitdeed
Is er ooit een bekerfinale geweest in de Rotterdamse Kuip die zo uniek was en zo spannend als die tussen FC Twente en PSV op Hemelvaartsdag in 2001? Vrijwel zeker niet.
Het was de dag dat doelman Sander Boschker van FC Twente alles kon. Zijn ploeg moest bijna voortdurend verdedigen, maar hijzelf en zijn ploeggenoten waren in topvorm. Er ging geen bal in het doel. Daarna volgde de strafschoppenserie waarbij Boschkers ploeg met 3-1 achter kwam te staan. Maar hij pakte drie keer op rij een strafschop en zo won FC Twente de cup. De nummer 11 van de ranglijst klopte de landskampioen. Ongelooflijk, maar waar.
Maar dat was nog lang niet alles. Liefst 36.000 fans waren getuige van de heldendaad. ‘Wil de laatste Tukker het licht uitdoen?’ stond op een spandoek op de A1 bij Holten. Ze wilden er per se bij zijn. Alsof ze voelden dat ze de beker mee terug zouden nemen.
De meesten hadden nog nooit meegemaakt dat hun FC Twente een hoofdprijs won. Het feest dat erop volgde, was eenmalig. Enschede en Twente hadden een jaar na de vuurwerkramp weer wat te vieren en dat gebeurde intens.
Ik was erbij als journalist. Exact 20 jaar erna ging hij met de 14 spelers van de finale en hoofdcoach Fred Rutten terug naar die 24ste mei in 2001. Bij hen thuis aan de keukentafel blikten ze terug op die heuglijke dag, maar ze bespraken tegelijkertijd ook andere voetbalzaken en hoe het leven van de bekerwinnaars er momenteel uitziet.
Zo kwam hij erachter dat sommige spelers na hun carrière in een zwart gat vielen, dat Erik ten Hag geen drie maar vier kinderen heeft, dat Tommie van der Leegte nog steeds op zoek is naar balans in zijn leven en dat Sander Boschker zich pas dit seizoen senang voelt als keeperstrainer van FC Twente.
Een boek over slechts één wedstrijd? Dat kan als het een volstrekt unieke happening was. En dat was die bekerfinale van 2001 van alle kanten.