33 | HARDFIETSENDE BOOMEN

Dat was een aanzienlijk schrikmoment, die overlijdensadvertentie van Benny Doldersum. Van de andere kant, ik was drie weken geleden nog even bij hem op bezoek en toen zag hij er aangeslagen uit. Hij was een dag eerder uit het ziekenhuis ontslagen waar hij was opgenomen, omdat hij in korte tijd behoorlijk verzwakt was. Ik waaide toevallig even langs bij hem, omdat ik op zoek was naar wat specifieke info over de jaren zestig, toen Benny als wielrenner van De Tubanters volop aan wedstrijden meedeed. Hij vertelde me nog wat waardevolle dingetjes en zijn plakboek kwam op tafel.
Hij vertelde me dat hij in de Ronde van Gendringen in de kopgroep zat met grootheden als Jan Janssen, Cees van Espen, Gerrit Lentelink, Cees Lute en Henk Nijdam. Benny werd achtste. Hij noemde me namen van renners die aan de pillen gingen om te winnen, maar hij reed altijd clean, deed alles zuiver op eigen kracht, zo vertelde hij toen. Af en toe won hij (zie hieronder), wel eindigde hij talloze malen bij de eerste tien.
Niet alleen over de lang vervlogen tijden als wielrenner kon hij mooie verhalen vertellen, ook over zijn leven als schoorsteenveger. Vanaf onze komst in 1990 in Hengelo veegde hij onze schoorsteen. Dat leven op de daken is eveneens een lang verhaal met talloze hoogtepunten. Voor wie het niet weet: Bennie was de beste schoorsteenveger van Twente en omstreken. De meeste klanten kreeg hij dankzij mond-tot-mondreclame.
Tot het over was en hij afgelopen woensdagavond in het bijzijn van zijn kinderen is ingeslapen. Hij is 83 jaar geworden. RIP Benny.
Amateurs: 1. B. Doldersum (Hengelo), in 2.26.56; 2. G. Zwienenberg (Enter), 3. J. Pluimers (Enter), 4. D. Weustink (Enschede), 5. Kl. Visser (Enschede), 6. J. Dokter (Halfweg), 7. D. Schipper (Enschede), 8. J. Borst (Hattem), 9. H. ten Berge (Enter), 10. R. Bruinenberg (Enschede).
Johan Oude Lenferink was een zeer goede wielrenner uit de glorietijd van De Tubanters. Hij is 84, komt uit Hengelo en woont samen met zijn vrouw Giny in Gildehaus. Ja, en Giny is dan weer een zus van wijlen de broers Henk en Jan Scheuten en een dochter van Jan senior die voorzitter was van De Tubanters. Jaren vijftig.
Terug naar de eind jaren vijftig. Johan reed de Ronde van Warendorf in Duitsland. Hij was in topvorm en had op enig moment drie ronden voorsprong. “Mijn schoonvader Jan Scheuten sr stond langs de kant en werd met de ronde enthousiaster. Ga door, riep hij, je kunt een gasfornuis winnen. Ik schrok en kneep meteen in de remmen”, vertelt Johan. “Wat moest ik met een gasfornuis? Zo’n ding moet je aangeven als je bij de grens komt. Ik ben afgestapt. Het idee om dat apparaat meteen na afloop te verpatsen, kwam niet in me op.”
Johan fietst nog lang door. Was ook lange tijd veteraan en deed in 1984 nog mee aan het WK in Sankt Johann. In 1985 viel hij tijdens de training in Rijssen. Schedelbasisfractuur, vier dagen in coma, langzaam herstel. Einde wielercarrière.
1. Jan Janssen, Nootdorp, 120 km in 2.50.24; 2. Arie den Hartog, Zuidland; 3. Mik Snijder, Halfweg; 4. Piet van Hees, Hoogerheide; 5. Jo de Waard, Rijsoord; 6. Wim van Smirren, Amsterdam; 7. Cees van Amsterdam, Breda, in 2.51.14; 8. Jac. van den Klundert, De Heem; 9. Rini Roks, Bosschenhoofd; 10. Cees Lute, Castricum; 11. Jan Hermes, Berkel; 12. Wim Dieperink, Barchem; 13. Adri van Haren, Puttershoek; 14. Nico Walravens, Den Bosch; 15. Leo van Dongen, Made; 16. Roel Hendriks, De Wijk; 17. Piet Schreur, Wolvega; 18. Miel Verstraete, Eede; 19. Dick Groeneweg, Numansdorp; 20. Johan Oude Lenferink, Hengelo; 21. Jan Stolk, Zwijndrecht; 22. Lex van Kreuningen, Utrecht; 23. Jan Stolk, Rotterdam; 24. Bert Boom, Enter; 25. Ben Doldersum, Hengelo, allen in dezelfde tijd als nr. 7. Cees van Amsterdam.
Sportliefhebbers zijn vooral vanwege de Tour nog steeds in de ban van de wielersport en laat ik nou toevallig Willy Wissink tegenkomen. Sommigen noemen hem de Twentse Willy Voet, maar dat is een geintje. Beide Willies deden dienst als verzorger. Renners masseren, wondjes behandelen, zorgen dat de mannen op tijd eten en drinken en nog veel meer. De echte Voet was een Belg en bleek een oplichter te zijn, de Twentse Willy deed zijn werk op eerbiedwaardige wijze. Vraag het de mannen van weleer. Herman Snoeijink, een voormalige grossier in overwinningen, laat zich nog elke week door Willy Wissink masseren. Alsof Hermans spieren moeten afkicken van het intensieve koersleven van vroeger.
Terug naar Berts activiteiten als stayer. Racen over de wielerbaan achter de grote motor. Hij vond het prachtig en kon het goed. In 1969 werd hij in Brno wereldkampioen bij de amateurs, waarover we al uitvoerig uitgeweid hebben op deze plaats. Een jaar later was het WK in Leicester. Bert plaatste zich moeiteloos door op het NK in het Olympisch Stadion in Amsterdam als tweede te eindigen achter Cees Stam.
Hij en Stam plaatsten zich daar in Leicester in de tweede week van augustus moeiteloos voor de finale. In de finale liep het aanvankelijk ook gesmeerd. Bert en gangmaker Bruno Walrave reden een paar ronden op kop, waarna Stam & Stakenburg hen passeerden. Maar Bert kreeg pech, moest even van de rol en raakte een ronde achter. “Dan moeten we ons volledig richten op de gouden plak voor Cees”, dachten hij en gangmaker Bruno Walrave. “Dan was ik hem bovendien kwijt als concullega, want dan zou Cees zeker prof gaan worden”, vertelt Bert 52 jaar na dato met een knipoog.
Bert legde nog aan de jury uit, waarom hij zo boos was. Maar even later kwam er een communiqué uit waar in stond dat hij voor een maand geschorst was. Hij zou een paar lelijke woorden geroepen hebben en het Tsjechische jurylid had zelfs gezien dat Bert het betreffende jurylid gespuugd zou hebben. Hij ontkende in alle toonaarden, de KNWU reclameerde ook. De jury verminderde de straf met twee weken en dezelfde jury adviseerde hem een gratieverzoek in te dienen bij de UCI.