18 | KUSKLUS

Jos Lammertink won graag wielerwedstrijden. Van stad tot stad of om de plaatselijke kerk, kleine of grote, op straat of in het veld, in binnen- of buitenland, hij deed er alles aan om na afloop op het hoogste treetje te staan van het erepodium. Tijdens de laatste ronden van de vele criteriums vroeg de dienstdoende speaker alvast aan de ietwat nerveuze rondemiss wie haar favoriete renner was. Met andere woorden, wie wilde ze straks ten overstaan van de honderden wielerfans bij de finish het liefst van drie smakkerds voorzien. ‘Jos Lammertink’ luidde regelmatig het antwoord. De fraai gecoiffeerde jongedames hadden meestal goed rondgekeken en waren vervolgens in de ban geraakt van de lange, donkere atleet uit Hoge Hexel en later Wierden. En als hij won, dan had zo’n rondemiss geluk. Sommigen moesten overigens op hun tenen gaan staan om erbij te kunnen, van de andere kant was Jos ook geregeld bereid om te bukken, zodat hij de kussen zonder haperingen in ontvangst kon nemen.

Een zekere Angelique was in 1981 tijdens de Zesdaagse van de Rijn&Gouwe aangesteld om dagelijks de eerste drie renners van de wedstrijd alsmede de leider van het klassement al kussend te huldigen. Elke dag was er tijdens de Tour de France een profkoers in een stad tussen de Oude Rijn en de Gouwe. Zo hadden de renners die niet in Frankrijk koersten ook een doel. Het waren leuke wedstrijden in respectievelijk Alphen aan de Rijn, Gouda, Bodegraven, Waddinxveen, Boskoop en weer Alphen aan de Rijn. Zo’n criteriumcircus, zoals Jos het noemt, lag hem. Sterker nog, hij nam twee keer deel aan de Zuid-Hollandse zesdaagse en eindigde beide keren als eerste in het eindklassement. “Er was elke keer een tijdritje bij”, vertelt Jos, “dat was in mijn voordeel. De eerste dag had je die tijdrit en een criterium, daarna de andere vijf dagen alleen een criterium. Er was overal veel publiek. Er kwamen ook veel Belgen aan de start.”

Jos kon daar tussen de twee riviertjes lekker verdienen. “Je had de standaard vergoedingen plus 400 gulden startgeld per wedstrijd. Daarnaast kon je dan nog premies winnen en lagen er elke dag leuke bedragen klaar voor de eerste drie plekken en tenslotte leverde het eindklassement nog een aardige stuiver op.”

Jos herinnert zich dat de stemming daar altijd goed was, niet in het minst door de aanwezigheid van de speaker der speakers Chris Delbressine( foto links), die de lange Lammertink continu aansprak met de voornaam Joske. Het was een aangenaam serietje criteriums, hoewel bij Chris, de renners en een groot aantal fans tijdens een van de wedstrijden de schrik om het hart sloeg, toen twee coureurs met de sturen in elkaar haakten, waardoor de langste van de twee in de vaart naast het parcours verdween. “Gelukkig”, glimlacht Jos, “kwam hij na enkele seconden met allemaal groene zooi op zijn kop weer uit de plomp tevoorschijn. Even later hoorden we van Chris dat het Jantje van Houwelingen was.”

In bijgaand filmpje uit Boskoop in 1980 zien we hoe Chris met zijn karakteristieke, rasperige stemgeluid Jos en enkele collega’s huldigt. En natuurlijk is Jos de favoriete renner van Angelique, de rondemiss, die het geluk had dat Jos elke dag op het erepodium present was. De laatste dag in Alphen kuste ze hem opvallend intens op de mond. De eervolle kusklus van zes dagen was haar uitstekend bevallen.
(foto’s uit het archief van Jos Lammertink)
1980. Jos voelt zich senang met de rondemiss en dames van het promotieteam.

1981. Huldiging met vlnr Wies van Dongen, Theo Smit, Jos, miss Angelique en Hans Langerijs

1981. Jos rijdt een rondje met rondemiss Angelique.

Rondemiss Angelique is in de ban van de renners op de eerste rij. Vlnr Kees vd Wereld, Hans Langerijs, Peter Zijerveld, Gerry v Gerwen, Jos en Theo Smit