50 | GESLUIERDE VROUWEN EN KAMELEN

Even terug naar de maand maart van het jaar 1962. Bert is bijna 24 en behoort intussen tot de vaderlandse top bij de amateurs. Hij had uitgeblonken in de Ster van Zwolle, rijdt voortdurend goede uitslagen en krijgt daardoor ook af en toe een uitnodiging voor een buitenlandse etappekoers. Onder leiding van de bekende journalist/ploegleider Evert van Mokum (pseudoniem voor Evert Lammers) neemt jaarlijks een sterke Nederlandse ploeg deel aan de Ronde van Tunesië. Bert is er dit jaar bij. Streekgenoot Wim Dieperink uit Barchem ook, hoewel hij ook in ’61 al tot de uitverkorenen behoorde voor deze ronde in het Noord-Afrikaanse land.

“Ik had me goed laten zien in klassiekers”, vertelt Bert ruim 60 jaar na dato. “Ik was destijds lid van De Bataaf in Halfweg. Daar zaten goeie renners. Dan maakte je kans om ook uitgezonden te worden naar zo’n etappekoers. Dat bleek. Jij gaat mee, zei Evert”.
Bert heeft die pittige etappekoers nog helder voor de geest staan. “Dat Wim en ik ernaartoe gingen, vonden de kranten in Twente enorm interessant. Ze hadden een fotograaf naar Schiphol gestuurd om een foto te maken van ons vertrek. We stonden opgesteld op de vliegtuigtrap. Zo’n foto is het geworden. Ik moet hem nog ergens hebben. Ik herinner me ook nog dat het vliegtuig last had van turbulentie. Soms zakten we ineens een stuk naar beneden. De man naast me zat enorm te zweten. Hij was de ploegleider van de Zwitserse ploeg. Later in Tunesië vroeg ik hem wat zijn eigenlijke vak was. Piloot, zei hij. Daar moest ik wel een beetje om lachen. Maar hij legde uit dat vliegen een heel ander verhaal wordt als je als piloot tussen de passagiers zit.”|

Bert reed aanvankelijk goed in de ronde. In de vijfde etappe van Le Kef naar Garsa werd hij tweede achter zijn Brabantse ploeggenoot Jos Linders. “Ik trok de sprint aan voor hem. Het kostte Jos nog veel moeite om eroverheen te komen.” In de volgende etappe kwam Bert als derde over de streep. Hij was de beste Nederlander. In de achtste etappe stapten hij en Wim af. “Ik had een slechte overnachting gehad. Ik zei: laten we maar afstappen. Het viel niet mee. Wim en ik waren echte amateurs. We moesten overdag werken. De anderen konden de hele dag trainen, omdat ze gesteund werden door supportersclubs.”
Wat Bert daar ook ontdekte, was de status van ploegleider Evert van Mokum, de journalist/wielerkenner die vrijgezel was. Sport was zijn passie, vooral wielrennen. “In Tunesië werd hij zo ongeveer verafgood.”, weet Bert nog. “Ze noemden hem El Mahi. Wat het precies betekent, weet ik niet, maar Evert stond daar op een voetstuk. Hij kwam er elk jaar en kreeg alles voor elkaar. Evert van Mokum (1903-1991) was in zijn jonge jaren bokser en wielrenner. Dankzij de jaarlijkse Ronde van Tunesië werd hij een persoonlijke vriend van president Bourguiba.

De Rus Sergey Korge won de ronde. Beste Nederlander was de Zeeuw Jaap de Waard (foto). Hij werd derde. Het waren de jaren dat hij als onafhankelijke voor een Franse ploeg reed. Hij is in 2000 op 60-jarige leeftijd overleden. Jos Linders uit Roosendaal is twee jaar prof geweest. Hij was even oud als Bert. Linders is in 2018 overleden.

Nog steeds denkt Bert met veel genoegen terug aan die ene Ronde van Tunesië in 1962. “Ik keek mijn ogen uit. Ik zag voor het eerst gesluierde vrouwen. Ik had nog nooit een kameel gezien. Ze waren groter dan ik gedacht had. Het was voorjaar. Het was er warm en droog. We reden over wegen door de woestijn. Ik vond het al met al een enorm avontuur.”

Na hem zouden steeds meer renners uit Twente naar buitenlandse etappekoersen uitgezonden worden. Bert was de eerste en ook daarin was hij dus een baanbreker voor het regionale wielrennen.
(De cartoon is Van Mokum).