JORIEN

Wat doe je nu, Jorien. Je bent pas 32 en je stopt. Dat verrast mij als onbezoldigde officieuze vicevoorzitter van de virtuele fanclub behoorlijk.
Ooit noemde iemand mij zo, omdat ik altijd hoog opgaf over Jorien. Ik miste geen race (op tv) als ze ergens weer kandidaat was voor een medaille. Het verraste me, maar toch ook weer niet.
Met die lange, snelle benen van haar stapte ze over van shorttrack naar langebaan en weer terug en weer heen. Ik vond dat fascinerend. Ze won de ene plak na de andere, waaronder drie glanzende gouden Olympische exemplaren plus nog een bronzen. Ze werd wereld-, Europees en nationaal kampioen en de prijzenkast was nog veel voller geweest als ze geen pech had gehad.
Maar ja, iedere topsporter komt af en toe in een dip terecht. Het is net als het echte leven. En laat Jorien juist in het echte leven de diepste dips hebben moeten meemaken die een mens kan tegenkomen. Tijdens dat hectische, slopende sportleven verloor ze tussendoor haar vader en zus. Ga daar maar eens aanstaan.
Ik snap het natuurlijk wel dat ze stopt. Het wilde niet meer zoals zij het zich voorstelde en er speelt nog zoveel meer. Ze is een winnaar, ze is er op de aanstaande Winterspelen niet bij en dat is teleurstellend voor de fans en vooral voor haarzelf. Het is het podium waar ze in 2014 en 2018 straalde als de beste van allemaal.
Mooi dat ze haar laatste wedstrijd gisteren won: de 1000 meter van het NK. Zo zette ze een vette punt achter een prachtige carrière.
Natuurlijk is Jorien met haar erelijst een van de beste Twentse topsporters aller tijden. Ze staat de top10 met Hennie Kuiper, Jeroen Dubbeldam, Marleen Veldhuis, Jos Lansink, Sanne Wevers, Mark Tuitert, Ellen van Langen, Sander Boschker, Erik ten Hag. Topsporters met elkaar vergelijken is lastig. Maar misschien is Jorien in dit rijtje ultieme uitblinkers wel de nummer 1. Drie keer goud en één keer brons op de Spelen. Poeh, dat is nog al wat.